Hoera! Na een bewogen jaar van Kaapverdisch avontuur en heel wat veranderingen zijn we terug in België. Eén maand van de ‘grote vakantie’ brengen we hier met de jongens door. Om vanuit Antwerpen en omstreken uitgebreid vrienden en familie terug te zien. De week “quarantaine”, ons welkomstgeschenk, hebben we achter de rug.
Tot voor kort beseften velen niet welke smet aan iemand (of groep mensen) hangt waarvan wordt gezegd dat ie ziek is. Of een bepaalde aandoening heeft. Het is meer dan een onschuldig label. Had je coronavirus en ben je hersteld (zoals bij meer dan 99%), word je soms nog altijd als verdacht beschouwd en behandeld. De vooroordelen zijn groter dan we denken. Het beleid op basis van zulke acties is extreem en sijpelt ook de laatste tijd door in terminologie en discussies rond de al dan niet gevaccineerden.
Het begon allemaal met het verbieden van vluchten, waardoor chaos en sociale sluiting op luchthavens werd afgedwongen. Toen begon het separatisme thuis. Landsgrenzen werden gesloten. Daarna kwam het nog dichter bij huis. Je komt uit een andere stad? Blijf weg. Volgende blok? Blijf weg. Naast de deur in mijn appartementencomplex? Blijf uit de buurt van mijn voordeur. Zelfs echtgenoten en kinderen zijn niet veilig. Blijf uit de buurt van iedereen, was je handen constant en overgiet jezelf met reinigingsmiddel.
Exact één jaar geleden schreef ik over de snelcursus flexibiliteit en angstbeheersing die we met zijn allen allemaal noodgedwongen doormaakten. En hoe wij zelf met die sneeuwbaleffecten omgingen. Ons vertrek naar Kaapverdië was toen lang onzeker. Van coronapasjes of segregatie-maatregelen op basis van vaccinatie was nog geen sprake. Dit jaar was de situatie voor ons anders. Minder onzeker in vertrek. Wél beseften we dat de kans erin zat dat we als lepra-patiënten in België zouden verwelkomd worden. Dat zou ons niet tegenhouden, want we hadden de realiteit aan onze kant.
Data kan liegen. De realiteit – per definitie – niet.
Je merkt steeds duidelijker dat alle grenzen – niet alleen de nationale – in algemene termen aan het verharden zijn. Ook in de hoofden van mensen. Dat doet denken aan tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. En het gaat versneld gepaard met hoge kosten voor onze vrijheid en welvaart. Kijk je naar de ongelooflijke angst, paranoia en walging die het coronavirus heeft losgeweekt, krijg je een glimp van de lange menselijke gewoonte om anderen te verdenken ziektes door te geven. Daarin schuilt een opmerkelijke kracht. Zeker als het allemaal neerkomt op achterdocht, geruchten en vooringenomenheid. Vaak treft het mensen die op bepaalde manieren anders zijn. Ze leven in een ander land, spreken een andere taal, komen uit een andere sociale klasse of inkomensgroep.
In ons persoonlijke geval was het nog vreemder. We komen van Kaapverdië, een archipel van tien kleine eilanden met minder dan 500.000 inwoners. De officiële data zegt blijkbaar dat wij een gevaar zijn. Data tovert ons om in een rode zone. Buurland Nederland houdt het op oranje, maar aan hun andere kleurbeoordeling hebben we niets. Leef je zoals wij tien maanden ter plaatse, dan merk je zowel uit dagelijkse plaatselijke overheidsdata als uit getuigenissen dat corona hier op eiland Sao Vicente gelukkig een scheet in een fles is. Dat is sinds dag één het geval, ondanks de angst. De essentie: weinig positieve test-gevallen, handvol opnames, amper overlijdens. En dit al maanden lang.
Achteraf wellicht logisch bij dit soort virus in een jonge bevolking – 60% is jonger dan 30 jaar – en in een omgeving van permanent zonnig weer. Wél een recent groter probleem: het aantal jonge mensen dat steeds vaker in de oceaan verdrinkt, vaak gelinkt aan alcohol-consumptie.
En toch was het verdict: quarantaine. Die beslissing legt de Belgische overheid ons op omdat we terugkeerden uit een zone die ze als dreigend aanzien. En “tien dagen quarantaine is tien dagen binnen zitten, he mijnheer!”
De data houdt geen rekening dat we op de luchthaven in Lissabon op die zes uur tijd met méér mensen in aanraking kwamen dan de voorbije tien maanden op ons eiland zelf. En de cijfers houden absoluut geen rekening met het feit dat we alle vier kerngezond zijn. We voeden ons goed, zijn dagelijks actief en genieten heel het jaar door van hoge vitamine-D niveaus. Dat opperen heeft geen zin: “Het zijn eigenlijk gewoon onze wiskundige modellen, he mijnheer”. Koppel die data vervolgens aan Kaapverdië in AFRIKA, en je weet het wel. PCR-negatief getest of niet.
Het vervolg is een sneeuwbaleffect. Je krijgt sms’jes. En mailtjes. En al snel een eerste welkomst-telefoontje. En verdere opvolging. Efficiënt en vriendelijk is het allemaal wel. Het soort goed georganiseerde 1984-bureaucratie met “Ministeries van Waarheid”. En twee verplichte extra PCR-testen die we die periode moeten ondergaan. Allemaal gratis en voor niks. Alsof iemand ons erop wou wijzen dat we even terug zijn in een land met een enorme overheid dat stevig véél financiële middelen heeft en die ook graag goed besteed.
Wat pijn doet, is dat je merkt dat het quarantaine-label je meteen tot zondaar omtovert. Ook voor jezelf. Ik loop op straat. Mag ik dat eigenlijk wel? Ik ga naar de winkel om eten in huis te halen. Mag ik dat eigenlijk wel? Ik ga dagelijks lopen in het park. Mag ik dat wel? We moeten een paar dagen onze locatie verlaten. Valt dat allemaal nog onder de definitie van quarantaine? Ik stel me de vragen, maar ga niet op zoek naar antwoorden. Externe angst en irrationaliteit probeer ik al langer uit mijn leven te bannen. Niemand van het contactcenter gebruikte ook maar één keer het woord “gezond verstand”, maar dat mag mij niet beletten het te hanteren. We hebben uiteindelijk voldoende negatieve PCR-testen op zak en we voelen ons allemaal nog steeds super fit. Waar is alweer die tijd dat quarantaine een maatregel was voor zieke mensen?
En waarom vroeg niemand tijdens die contactmomenten of we minimaal bewerkt en vooral verse voeding eten? En hoe vaak we bewegen of sporten? Of we voldoende aandacht hebben voor zonlicht en vitamine D? Of we wel genoeg aarden en onze geest laten rusten? Niets van dat alles. In de “Afdeling preventie, team Infectieziektebestrijding en Vaccinatie van het agentschap Zorg en Gezondheid”, zal preventie heus niet de prioriteit zijn.
Je ziet meteen ook waartoe het leidt. De pandemie-verschijning is een perfect mechanisme om mensen verder tegen elkaar uit te spelen. Macht en autoriteit ziet kans om verder te groeien. Met beangstigende resultaten als gevolg. Ik durf niet aan de middellange maatschappelijke consequenties te denken. Ik moet weer denken aan de lepra-lijder. Hoe zou het vroeger geweest zijn? Zodra er een gerucht over ziekte was, was iedereen een verdachte. En als je verdacht werd, was het moeilijk om te ontsnappen. Mensen praten. Mensen zijn bang. Ze willen die persoon uit het zicht én uit het hart. Dat moet even hard toen zijn geweest als nu. Zeker zonder moderne test-opties.
Ik moet ook denken aan onze lieve Kaapverdiaanse overbuurvrouw Mimi. Ze heeft amper iets maar gaf ons wel blikjes tonijn mee als geschenk. “Voor jullie moeders!”. Begin dit jaar zei ze dat ze vaak weken haar huis niet uitkomt. Alsof ze aangetrokken wordt om spontaan in quarantaine te gaan. Op Sao Vicente zijn nog heel wat mensen diepgelovig. Dat god jullie behoede, riep ze ons zoals zo vaak toe bij ons vertrek.
In vroegere tijden werd elke lepra-verdachte de tempel uitgezet. Zo werd de ziekte bestreden. Het was ook een manier om de morele zuiverheid van de ruimte te behouden. Gebruikelijk was het om iedereen die als zondaar werd beschouwd – terecht of onterecht – met het etiket melaatse te taggen. Je werd dan gedwongen om een of andere vorm van genezing te zoeken. Zo kreeg je opnieuw toegang en bleef je niet voor altijd sociaal afstandelijk. Iedereen die in de buurt kwam werd tot dan ook als onrein beschouwd. Je werd gedwongen tot isolatie, wat een emotionele en fysieke dood kon betekenen.
Ondertussen hebben we zelf alle geplande afspraken van onze eerste week verschoven. Ik schuifel wat ongemakkelijk op mijn stoel bij het horen van sommige reacties op onze quarantaine-aankondiging. Er lijkt weinig veranderd in onze moderne tijden.
Ook vroeger hadden heel wat mensen vaak geen echte ziekte. Dat belette niet dat je uit de tempel werd verbannen. Je was onrein. Indien de rabbijn je terug rein verklaarde, deed ie dat misschien als daad van mededogen en liefde. Wel moest je een rituele reiniging ondergaan. Met als smeekbede erbij het aan niemand te vertellen dat de rabbijn je had aangeraakt. Deed je dat wel, dan kon de rabbijn zelf vervolgens de stad niet meer openlijk binnengaan, en hij moest buiten blijven in de woestijn.
Ondertussen kan ik me perfect voorstellen hoe dat voelt. Heel wat mensen hebben die procedure ondergaan. Je komt in de buurt van “een corona-persoon” die dat waarschijnlijk werd omdat hij in de buurt van een andere corona-persoon kwam. En toen kwam die persoon in de buurt en nu word jij ineens verdacht. In ons geval niets van dat alles. Gewoon extrapolatie van twijfelachtige data uit Afrika was voldoende. Op naar een 10-daagse quarantaine voor jou, makker!
We worden eraan herinnerd dat ziek of verdacht ziek zijn net is als andere vormen van sociale verdeeldheid. Het drijft mensen uit elkaar en maakt hen afhankelijker van macht. Het leidt tot angst, haat en afscheiding. Het is een bijbels thema waarvan velen nooit dachten dat het in onze moderne maatschappij terug zou opveren.
We leren allemaal veel bij in deze tijden. Persoonlijk was ik overtuigd dat we al lang elk denkbaar excuus hadden gezien dat onze vrijheid verder wegneemt en macht doet groeien. Financiële crisis, terrorisme, ongelijkheid, onrecht, discriminatie, micro-agressie, culturele toe-eigening, globalisme…noem maar op, we hebben het op korte termijn zien passeren. Bij elke crisis wordt hetzelfde geïnsinueerd: je kunt niet vrij zijn. Je moet en zal gehoorzamen. “Tien dagen quarantaine is tien dagen binnen zitten, he mijnheer!”
Wat we tot nu toe niet hadden gezien en meegemaakt, is de aloude neiging om sociale samenwerking te vernietigen door het gerucht en de realiteit van ziekte. Religieuze figuren zagen dit wel. Ze gingen ermee om met mededogen, morele moed en geduld.
Begin deze week was ik gefrustreerd. Ondertussen hebben we onze derde negatieve testresultaat ontvangen. Ik besef steeds vaker dat persoonlijke conclusies trekken én met volle teugen leven een veel betere aanpak is.
Helemaal mee eens. Paniek leidt tot niets. De overheden doen maar wat.
Zo is het maar net.
Mooi stuk, Christophe! Dank.