.st0{fill:#FFFFFF;}

Acht zaken die we onze kinderen na deze periode van thuisonderwijs gaan blijven meegeven 

Door Christophe Bouten (KetoHuis)

De voorbije onzekere weken hebben we onze jongens bijna elke week andere informatie moeten toespelen. We wilden hen graag betrekken bij onze nieuwe plannen, maar dat was niet altijd even vanzelfsprekend.

Geschrapte vluchten. Een op het eerste zicht permanent gesloten land. In parallel een nieuw Plan B-scenario in een ander land. Papa en mama die in augustus last minute beslissen naar Lissabon te trekken op ‘ Portugees taalkamp’. Vrienden die vanaf 1 september terug naar school gaan. “Waarom wij niet?” Alwéér een aantal weken homeschooling. We vragen veel flexibiliteit van onze kinderen. 

Deze periode van méér thuisonderwijs heeft ons heel wat dingen geleerd. Hieronder zijn acht zaken die acht zaken die elke ketomanof ketovrouw al beseft en we onze jongens gaan blijven meegeven.

1. Maak gerust fouten

Fouten maken, gaat je op school punten kosten. In de echte wereld leren we het meeste uit onze fouten.

Succes op school krijg je door hoge cijfers op toetsen te behalen. Als we fouten maken, krijgen we geen hoge cijfers. Fouten op school worden bestraft, afgekeurd en geassocieerd met falen. We leren bang te zijn om fouten te maken.

Angst voor fouten is natuurlijk een vergissing. Opgroeien betekent veel fouten maken. Mama’s en papa’s zijn die opgroeifase voorbij, maar maken constant fouten. We vinden dat best prima. Het is hoe we leren en beter worden. Het is hoe we begrijpen wat werkt en wat niet. 

In de echte wereld moeten jullie vertrouwd raken en leren omgaan met fouten.

2. Erbij horen is niet per se nodig

Zoals andere instellingen proberen ook scholen ons in een hokje te stoppen. We leren allemaal dezelfde dingen, op dezelfde manier, op hetzelfde moment en in hetzelfde tempo. We worden beloond om paden te bewandelen volgens de regels van iemand anders. We vergelijken onszelf met anderen en streven ernaar om ‘beter’ te zijn in plaats van anders. Onbewust of niet. We leren ons aan te passen. We leren erbij te horen. Dat lijkt zwart-wit en dat is het jammer genoeg al te vaak.

De echte wereld beloont mensen die onafhankelijk denken en handelen. Buiten de kaders denken en je onderscheiden van de norm is een troef. 

Succesvolle mensen in de echte wereld zoeken hun eigen weg. Ook jullie zullen die vinden…als je maar lang genoeg durft te zoeken.

3. Wacht niet op instructies

Op school moeten we wachten tot de leraar ons vertelt wat we moeten leren en hoe we het moeten leren. We leren om op onze plek te blijven en niet voorop te lopen. We zijn afhankelijk van iemand die ons vertelt wat we moeten doen. In coronatijden lijkt dit jammer genoeg enkel erger en extremer te worden.

De voorbije weken hebben jullie gemerkt dat jullie dit niet hoeven te doen. Wachten op instructies werkt niet goed in de echte wereld. Later gaat niemand jullie willen in dienst nemen als jullie de hele tijd willen horen wat de volgende stap is. 

Om in de echte wereld te slagen, moeten we ideeën uittesten tot ze werken. De wereld beloont mensen die proactief en onafhankelijk zijn. Problemen kunnen oplossen en initiatief nemen om dingen uit te zoeken, zijn essentiële vaardigheden.

4. Leer geen dingen ‘voor het geval dat’

Op school leren we dingen “voor het geval dat”, vanuit een vast curriculum. Je ziet meteen van waar het ‘Je weet maar nooit syndroom’ vandaan komt als het gaat over bezit en minimalisme.

Het ‘je weet maar nooit syndroom’

Minimalisme is eigenlijk een stilzwijgend verzet tegen de gedachte om bepaalde dingen te bezitten VOOR HET GEVAL DAT. Noem het gerust het ‘Je weet maar nooit syndroom’. Een dwaas-syndroom. Ondertussen besef ik dat het je vast en vastgeroest kan houden.
(Zie artikel over minimalisme)

De hoop is dat die kennis iets zal bevatten dat later nuttig blijkt. We leren staartdeling “voor het geval dat” we nooit een smartphone op zak hebben. We onthouden het periodieke systeem “voor het geval dat” we het ooit moeten opzeggen. We leren bepaalde data en feiten voor het geval online diensten zoals google op een dag niet meer werken. We leren hoe we driehoeken kunnen vergelijken “voor het geval dat” het in de echte wereld van pas komt.

Maar kennis vervalt snel. Uit onderzoek blijkt dat we het meeste van wat we leren vergeten zodra we het 14 dagen niet toepassen.

Dat is de reden dat we Mateo trachten aan te sporen regelmatig te schrijven voor zijn blogje. Zo kan ie zijn talenkennis beginnen toepassen. Dat is veel zinvoller dan andere schrijfopdrachten. Zo krijgt ie ‘skin in the game’

Dat is de reden waarom we het waardevol is om een museum te bezoeken over de geschiedenis van geld. Zo wordt het abstracte concreet. Zo begrijpen kinderen concepten die anders hun leven lang schoolkennis blijven.

In de echte wereld wordt het leerproces gestuurd door de vraag naar in plaats van het aanbod van kennis. We leren, onderwijzen en delen kennis wanneer die het beste aansluit bij onze behoeften, interesses en stijlen. We leren “op aanvraag”. Minimalisme op school is even goed een troef.

5. Blijf een obsessie koesteren voor diepe onderwerpen

Eén dag lang diep gaan in het leven van een kwal. Een kwal? Het lijkt dwaze overkill maar zo functioneren kinderen als je ze laat doen. Aan een strand in Lissabon spoelden die dag gigantische kwallen aan. Mateo wou er écht alles over weten. “Mogen we ze aanraken? Welke zijn giftig, welke niet? Waarom spoelen ze aan? Wanneer spoelen ze aan?”

Heel veel kinderen en tieners zouden het goed doen met een ‘één onderwerp per dag’-schema waarin ze zich echt kunnen verdiepen in dat onderwerp of project. Stel je voor dat je een heel boek van begin tot einde leest. Stel je voor dat je de hele dag aan een kunstproject werkt. Stel je voor dat je verdwaalt in de geschiedenis, het ene draadje na het andere draadje volgt en je je zo verliest in de diepte van het onderwerp. 

Kinderen hebben de neiging om geobsedeerd te raken door dingen. Scholen zouden daarvan moeten profiteren. Wij gaan jullie blijven stimuleren om obsessief te zijn in onderwerpen die jullie (tijdelijk) boeien.

6. Stel autoriteit in vraag

Op school leren we om onze leraren niet uit te dagen of hun kennis in twijfel te trekken. Dat is het Expert-Model waarover ik al eerder schreef. Als ouder hebben we zelf de voorbije jaren gemerkt dat de leraar (en diens kennis) al snel heilig wordt. “De leraar zegt dat groenten gezonder zijn dan vlees”. “Nee, papa, volgens mijn juf is het…”

Af en toe moeten we met een glimlach bijsturen en aangeven dat de leraar niet alwetend is of ook fouten kan maken. Voor jonge kinderen is dat niet altijd makkelijk te vatten. 

Zij die twijfelen of een andere mening hebben, zijn de ‘moeilijke’. We raken eraan gewend om antwoorden als ‘omdat ik het zei’ of ‘omdat we het hier zo doen’  te accepteren. 

In de echte wereld helpt het stellen van vragen ons om meningen te ontwikkelen en met onze eigen ideeën te komen. Als we geen vragen stellen, blijven we bij status quo. Als we dingen in vraag stellen, innoveren we. Blijf gerust in vraag stellen, jongelui!

7. Jullie zijn minder broos dan we soms doen uitschijnen

We willen allemaal dat kinderen zich veilig en beschermd voelen. Toch hebben we op heel wat momenten de voorbije jaren onze hand overspeeld. Toen we gisteren lieten weten dat met een step die ‘ramp’ op dat skatepark afvliegen te gevaarlijk leek, was dat omdat wij zelf met momenten angsthazen zijn geworden. Dat risico hadden jullie wellicht net wel goed ingeschat.

Als we niet opletten krijgen we meer en meer met een generatie kinderen te maken die al te gevoelig en risicomijdend is. Als kinderen de neiging hebben om naar volwassenen te lopen om hun problemen op te lossen en hen te beschermen tegen ongemak, dan weet je dat dit geen goede zaak is. 

Als opvoeders en ouders moeten we hiermee stoppen. We moeten beseffen dat jullie niet zo kwetsbaar zijn als we denken.

Van overbescherming naar anti-fragiel denken

In het algemeen is het niet gemakkelijk om een kind te zien lijden. Een gebroken arm oplopen door te springen op een trampoline is heus geen lachertje. Het is totaal normaal dat we als volwassenen willen ingrijpen als een kind van streek is. Soms denken we onze kinderen te beschermen, terwijl dat niet zo is. Pijn, ongemak en dat dingen niet lopen zoals we willen, zijn gevoelens die we ons leven lang ervaren. Ons stinkende best doen om kinderen hiertegen te beschermen, is zelden een goed idee.

Hoe eerder jullie leren om moeilijkheden onder ogen te zien en ze te aanvaarden, hoe beter jullie voorbereid zijn voor de rest van je leven.

“This is the tragedy of modernity: as with neurotically overprotective parents, those trying to help are often hurting us the most”.

— Nassim Taleb, Antifragile: Things That Gain from Disorder

Als ouders willen we dat onze kinderen hun eigen beslissingen nemen, voor zichzelf nadenken en eigen problemen oplossen. Bij Mateo zien we dat dit al best goed lukt. Hij is nog geen tien, maar vraagt soms al in zijn ‘volwassen momenten’ hoe lang hij eigenlijk nog bij ons moet/mag blijven. Wanneer we hem loslaten met andere woorden… Slik! We antwoorden dan dat ie zelf wel zal voelen wanneer hij klaar is om op eigen benen te staan. Het is moeilijk maar we beseffen dat we hoegenaamd niet terughoudend mogen zijn om onafhankelijkheid te geven. Er zal heus niets mis gaan. Steeds meer lossen is zwaar, maar wellicht de juiste aanpak.

We willen dat onze kinderen het tegenovergestelde zijn van kwetsbaar – we willen dat ze ‘antifragiel’ zijn.

8. Jullie mogen gerust wat stress hebben

Antifragiliteit is een term die bedacht is door auteur Nassim Taleb. In zijn boek ‘Antifragiel: dingen die baat hebben bij wanorde’ beschrijft ie dingen die sterker worden als ze worden blootgesteld aan stress en willekeur. In tegenstelling tot het fragiele, dat breekt bij blootstelling aan stress, heeft het antifragiele stress nodig om te gedijen. Kinderen worden sterker door uitdagingen, pijntjes en onschuldige conflicten.


Hen de vrijheid geven om te falen en door de ups en downs van het leven te navigeren, is een slimme aanpak. 

Kinderen zijn antifragiel. Als ouders is het onze taak om hun antifragiliteit te blijven cultiveren door niet in te grijpen wanneer ze met matige stress worden geconfronteerd.

Kortom, we moeten kinderen weerbaar maken.

Laat kinderen ongemak ervaren en omgaan met moeilijke situaties. Laat ze gerust kneuzingen of littekens oplopen in die relatief veilige omgeving van een school of voetbaltraining.


Net zoals kinderen in een vroeg stadium aan ziektekiemen worden blootgesteld, helpt het hen een sterker immuunsysteem te ontwikkelen.


Door hen bloot te stellen aan moeilijke situaties en redelijke risico’s, worden ze veerkrachtiger, onafhankelijker en zelfverzekerder.

Goed ouderschap gaat – net als bij goed onderwijs – over de kunst evenwicht te bewaren. Zoals bij voeding wil je dit ook bij andere zaken van een gezonde levensstijl onder de knie hebben.

Het gaat erom situaties te observeren maar niet zo vaak in te grijpen. Kinderen moeten zich veilig en beschermd voelen, maar ook niet overdreven veel. Niets doen is vaak beter dan iets doen.

Persoonlijk blijft dit voor ons een moeilijke evenwichtsoefening, maar aan het einde van de rit loont het. Op die manier creëer je sterkere, antifragiele volwassenen.

Van thuisonderwijs naar school

Corona dwong onze kinderen een tijd lang thuis te blijven. Die situatie zal geen unicum blijven. Niet alleen omwille van corona en de angstcultuur, maar ook omdat de grens tussen leren (op school) en spelen (vakantie) een gekunstelde institutionele creatie is.

Na een paar weken van éxtra thuisonderwijs gaan onze eigen jongens op het einde van deze maand terug naar school. Daar zijn we blij om. Schoolintegratie is belangrijk. Vriendjes maken is cruciaal. De juiste context bevordert talenkennis.


Dat neemt niet weg dat onze schoolsystemen heel wat progressiemarge hebben.


Ook hier zou een reset aangewezen zijn!

Persoonlijk hebben we de voorbije maanden gemerkt dat onze opvoedende taak het meest effectief is als het ter aanvulling en bijsturing van een schoolomgeving kan functioneren.


Gepassioneerde, betrokken ouders kunnen traditionele beperkingen van schoolinstituten rechtzetten. Dat is wat we zullen blijven doen, ook op onze nieuwe bestemming. 

Check ons Kinder Keto programma

Gemotiveerd om te weten hoe je een gezonde keto levensstijl bij je kinderen kan starten? Ongetwijfeld voor velen een nog grotere uitdaging, maar absoluut de moeite waard!

september 13, 2020  geschreven

Christophe Bouten (KetoHuis)

Over de auteur

Christophe (1977) is een eeuwige student, keto coach, held in zijn eigen gezondheidsavontuur en een pro in een leven opbouwen met maximale vrijheid. Hij is verslaafd aan zijn verfrissende duik in de zee in de ochtend, koffie en koude douches. Wil je je eigen keto-avontuur starten of optimaliseren? Hij kan je coachen.
Het boek "Ketoman - Bevrijd van alle onzin: eetstrategieën voor sceptici" schrijven was zijn eerste stap als auteur.

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}

Ontdek ons volledig keto starterspakket

Pak die gezonde keto-levensstijl meteen goed aan!

Met het advies uit onze 2 boeken, tientallen recepten, inspirerende eetweken en een motiverend 21-dagen programma bieden we je alle ingrediënten om keto meteen zelf goed te starten.

Abonneer je op onze ketohuis nieuwsbrief

>